Cano-ela, verrassende ingrediënten uit koolzaad  

Juliana Romero Guzmán promoveerde in 2020 aan de Wageningen Universiteit met haar thesis ‘Designing a sustainable oleosome aqueous extraction – a new way to make emulsion-based foods’. Ze ontwikkelde een nieuwe methode om ingrediënten uit olierijke zaden te winnen en tegelijk het complete product in te zetten voor menselijke consumptie. Deze promotie leidde tot de start van een nieuw bedrijf Cano-ela, dat ze runt samen met haar co-founder en oud-mentor Benjamin Maclean en co-founder Alberto Niccolai. Cano-ela produceert op een duurzame manier hoogwaardige plantaardige ingrediënten zonder restproduct. Ze haalden zelfs de Food100 van 2021: een lijst van talenten die zich dagelijks hard maken voor een beter en duurzamer voedselsysteem.

Vegan maatschappij

Juliana: “er is in onze maatschappij een verandering gaande, de groep die veganistisch eet, wordt groter en de vraag naar alternatieven voor vlees, zuivel en eieren groeit. Er worden veel vervangers verkocht, zij worden aangeprezen als gezonder en duurzamer. In de praktijk blijken ze wel duurzamer te zijn (want gemaakt van planten), maar er wordt veel aan toegevoegd, de labels bevatten nog steeds weinig natuurlijke ingrediënten.”

Benjamin: “dat er een kentering gaande is naar plantaardig is mooi, maar wist je dat er een bijzondere paradox in de productie van veel vlees- en zuivelvervangers zit? De meeste producten worden gemaakt van soja, wat bijdraagt aan een vermindering van consumptie van dieren. Maar na de verwerking van soja kan maar een klein deel door mensen gegeten worden. Wat overblijft is ongeschikt voor menselijke consumptie en wordt ingezet als…voer in onze dierenindustrie. Dus gek genoeg sponsoren we met het gebruik van vleesvervangers deze industrie. Met ons product doorbreken we deze keten, want al onze ingrediënten zijn geschikt voor menselijke consumptie, en er zijn geen reststromen voor dierenvoeding.”

Koolzaad

Juliana: “het product waar wij mee werken is koolzaad, dat hier lokaal groeit. Je kent het vast van de grote velden gele bloemetjes. Als je een zaad perst, zoals de meeste producenten doen, vernietig je de natuurlijke structuren. Je perst de olie eruit, maar de rest is waardeloos voor mensen. Wij doen het anders, we gebruiken water om zaden op te lossen om het daarna te splitsen in drie componenten. Deze techniek bestaat al langer, maar wij hebben het verduurzaamd en geoptimaliseerd. Op dit technologisch proces én op de samenstelling van de componenten hebben we een patent.”

De door Juliana beschreven methode leidt tot drie prachtige producten:

Proteine (Cano-Soluble)
Dit is een eiwitrijk product dat in o.a. vleesvervangers toegepast kan worden. Daarnaast kan het gebruikt worden als ingrediënt in plantaardige ei-vervangers.

Vezels (Cano-Fibre)
De vezels uit het koolzaad zijn rijk aan antioxidanten en kunnen gebruikt worden in vegan bakkerij toepassingen. Tevens worden de producten ook vezelrijker gemaakt worden met dit product, wat de voedingswaarde ten goede komt.

Room (Cano-Cream)
De room, bestaande uit oleosomen, kan gebruikt worden in bijvoorbeeld vegan dressings en plantaardige kazen. Ook kan het producenten helpen om geraffineerde oliën en emulgatoren te vervangen, hetgeen een eenvoudiger te lezen ingrediëntenlijst creëert.

Grote plannen
Benjamin: “we zijn nog niet klaar, op dit moment zijn we nog vol aan het opschalen. We hebben een grote batch van onze producten naar voedselproducenten gestuurd, zodat zij deze kunnen testen. Een bakkerij gebruikt ons product als eivervanger voor het maken van cake. En een bedrijf in Duitsland maakt vegan kaas en gaat hiervoor ook testen met onze producten. Het is belangrijk dat mensen in de praktijk met ons product gaan werken. Zo kunnen wij onze ingrediënten en ons proces ook weer doorontwikkelen. Er is veel interesse, want als het werkt voor de voedselproducenten, zijn ze in staat te innoveren. Het resultaat: gezonder plantaardige producten met een kortere ingrediëntenlijst.

We willen meer geld ophalen uit de markt en met alle feedback en input die we krijgen, gaan we stappen zetten en opschalen. Ons doel: een fabriek bouwen op grote schaal en dan produceren, 40 miljoen kilo per jaar.”

De start-up mentaliteit

Benjamin: “voor ons komt op deze World Food Center locatie alles samen. De locatie ligt centraal in Nederland en omdat we willen groeien trekt de ligging bij het treinstation jonge getalenteerde mensen aan. Daarnaast is de plek marketingtechnisch ook interessant.  We zijn een b2b food startup en het concept van het WFC zal nog verder groeien. Hier gevestigd zijn biedt potentie voor ons qua marketing; we zitten daar waar het gebeurt! En belangrijk voor start-ups: de kosten zijn laag, je kunt doen wat je wil, er is internet en warmte. Als startende onderneming heb je één product waar je in gelooft. Het is erop of eronder. Dan wil je geen huisvestingscontracten voor een paar jaar hoeven tekenen. Het concept is heel flexibel en het omarmt onze start-up mentaliteit.”

nieuwsbrief


Blijf up to date en ontvang elke maand onze nieuwsbrief